Doelstellingen | Algemene Middelen

Wij staan voor een duurzaam financieel beleid, een gezonde financiële positie van de gemeente voor nu en in de toekomst.

Financiën

						x €1.000
	Rekening	Begroting	Begroting	Begroting	Begroting	Begroting
	2024	2025	2026	2027	2028	2029
Baten	1.242.137	1.308.543	1.338.357	1.328.505	1.304.807	1.313.109
Financiering	7.801	359	347	342	336	336
Aandelen en concessies	1.694	1.546	1.546	1.546	1.546	1.546
Onroerende-zaakbelastingen woningen	63.918	72.861	75.853	75.853	75.853	75.853
Precario-/Hondenbelasting	1.711	1.849	1.849	1.849	1.849	1.849
Gemeentefondsuitkering	1.035.453	1.080.122	1.099.895	1.090.210	1.065.627	1.072.970
Stelposten	281	0	800	0	0	0
Onroerende zaakbelastingen niet woninge	124.584	143.262	147.412	147.412	147.412	147.412
Toeristenbelasting	6.696	8.543	10.654	11.292	12.183	13.142
Lasten	4.450	-2.260	4.661	1.928	3.512	4.272
Stelposten	-3.938	-1.224	4.216	1.561	3.010	3.655
Onroerende-zaakbelastingen woningen	6.263	5.077	5.179	5.179	5.179	5.179
Precario-/Hondenbelasting	351	345	353	353	353	353
SP Onvoorzien	0	159	159	159	159	159
Financiering	696	-7.815	-6.467	-6.545	-6.411	-6.296
Toeristenbelasting	-11	0	0	0	0	0
Onroerende zaakbelastingen niet woninge	1.089	1.198	1.222	1.222	1.222	1.222
Saldo Baten en Lasten	1.237.687	1.310.804	1.333.696	1.326.576	1.301.296	1.308.837
Onttrekking reserves	203.648	122.891	61.940	13.398	23.766	14.719
Toevoeging reserves	267.029	85.153	47.984	24.471	16.491	17.174
Saldo onttrekkingen en toevoegingen reserves	-63.381	37.738	13.956	-11.074	7.275	-2.455
Totaal	1.174.306	1.348.542	1.347.652	1.315.503	1.308.571	1.306.382

In onderstaande tabel zijn de verschillen in de baten, lasten en reserves ten opzichte van begrotingsjaar 2025 toegelicht.

x €1.000

Baten

Gemeentefonds: Betreft de mutatie op het gemeentefonds die voortvloeit uit de bijstellingen van de omvang van het gemeentefonds voor groei, compensatie stijgende prijzen en mutaties van specifieke budgetten. In deze begroting is het effect van de meicirculaire verwerkt.

19.773

Onroerendezaakbelasting: De onroerende-zaakbelasting neemt ten opzichte van 2025 met circa 7,1 miljoen euro toe, voornamelijk door de eerder besloten tariefsverhoging en indexatie conform Voorjaarsnota 2024, aangevuld met een hogere opbrengst door de groei van het aantal woningen en niet-woningen.

7.100

Toeristenbelasting : Conform de Voorjaarsnota 2025 stijgt het tarief van de toeristenbelasting in 2026 van 8,5% naar 10%. Daarnaast is de raming verhoogd door een trendmatige groei van het aantal overnachtingen van 6%.

2.100

Lasten

Financiering: De structurele verhoging van de omslag rente (van 1,5% naar 2%) is nog niet verwerkt in de begrotingsjaren 2026 en verder. Hierdoor ontstaat er een verschil tussen de begroting 2025 en 2026

-1.348

		x €1.000
Toelichting verschillen in reserves	Bedrag	I/S
Onttrekkingen	60.951
Algemene dekkingsreserve: De algemene dekkingsreserve wordt gebruikt voor gemeente brede reserveringen van incidentele baten zolang deze nog geen bestemming hebben gekregen. Daarnaast wordt de algemene dekkingsreserve gebruikt voor egalisatie tussen de jaren van de meerjarenraming en daarmee is het ook de verrekenplek voor rekeningresultaten, zowel positief als negatief. Juist vanwege deze aard en het karakter van de reserve kan er door de jaren heen sprake zijn van substantiële schommelingen.	-56.866	I
Gemeentefonds - Algemene uitkering: Het reserveren van middelen vanuit de circulaires van het Rijk over het gemeentefonds. Aangezien de circulaires op verschillende momenten in het jaar verschijnen kunnen de bijbehorende acties/middelen vaak niet gerealiseerd worden in het lopende jaar. Via deze reserve kunnen verkregen bedragen van het Rijk voor specifieke onderwerpen (corresponderende posten) beschikbaar worden gehouden, door aan het einde van het jaar toevoegingen aan de reserve te doen in afwijking van de begroting. Onttrekkingen worden geraamd bij de bestuursrapportages ten behoeve van de specifieke onderwerpen. Onttrekking aan de reserve in 2026 betreffen de corresponderende posten die aan het einde van het jaar 2025 in de circulaires worden toegekend maar nog niet kunnen worden besteed. Deze corresponderende posten worden aan het eind van 2025 in de reserve gestort en in 2026 weer onttrokken. Dit is op dit moment nog niet in te schatten, daarom is er geen onttrekking of storting begroot. Daarom is er een verschil in onttrekkingen t.o.v. 2025	-4.085	I
Toevoegingen	37.169
Algemene dekkingsreserve: De algemene dekkingsreserve wordt gebruikt voor gemeente brede reserveringen van incidentele baten zolang deze nog geen bestemming hebben gekregen. Daarnaast wordt de algemene dekkingsreserve gebruikt voor egalisatie tussen de jaren van de meerjarenraming en daarmee is het ook de verrekenplek voor rekeningresultaten, zowel positief als negatief. Juist vanwege deze aard en het karakter van de reserve kan er door de jaren heen sprake zijn van substantiële schommelingen.	-35.010	I
Reserve Groei in Balans: Deze reserve is ingesteld om de geoormerkte uitgaven en inkomsten van het investeringspakket Groei in Balans te egaliseren en daarmee deze middelen te reserveren voor het pakket aan maatregelen voor de groei van de stad In 2026 wordt er 2,159 miljoen euro minder aan deze reserve toegevoegd dan in 2025	-2.159	I

Beïnvloedbaarheid

De grafiek hieronder laat zien welk percentage van de lasten van deze doelstelling beïnvloedbaar is.

De beïnvloedbaarheid voor 2026 is 1 %, 2027 2%, 2028 3% en voor 2029 3%

De lasten binnen deze doelstelling zijn grotendeels niet beïnvloedbaar. Dit komt omdat veel posten technisch van aard zijn en een relatie hebben met andere inhoudelijke onderdelen van de begroting. In de analyse is de beïnvloedbaarheid reeds bij deze inhoudelijke onderdelen meegenomen. Het onderdeel Onroerende zaakbelasting (OZB) heeft betrekking op de uitvoering (oplegging en inning) van de OZB. De beïnvloedbaarheid van deze kosten is, zeker op korte termijn, beperkt. Volgens de verslaggevingsregels van het BBV zijn gemeente verplicht om een post onvoorzien in de begroting op te nemen. Voor de hoogte van het bedrag zijn echter geen richtlijnen meegegeven. Gemeenten kunnen theoretisch een heel laag bedrag ramen. De uitvoeringskosten voor de overige gemeentelijke belastingen hebben het grootste deel betrekking op de uitvoeringslasten van de BghU. De beïnvloedbaarheid van deze lasten is, zeker op korte termijn, beperkt. Het overige gedeelte betreft kwijtscheldingen en is volledig beïnvloedbaar. De consequentie hiervan is dat bewoners die nu in aanmerkingen komen voor kwijtschelding geconfronteerd worden met hogere lasten.