Het weerstandsvermogen = de beschikbare weerstandscapaciteit/ de benodigde weerstandscapaciteit.
Het weerstandsvermogen geeft de mate aan waarin de gemeente in staat is om substantiële financiële tegenvallers op te vangen zonder directe ingrepen in de begroting te hoeven voeren. Conform de nota ‘Risicomanagement en weerstandsvermogen’ hanteren wij als uitgangspunt dat de beschikbare weerstandscapaciteit minimaal gelijk moet zijn de benodigde weerstandscapaciteit. Dit betekent een weerstandsvermogen van 1,0 of hoger
De benodigde weerstandscapaciteit is gebaseerd op de financiële risico's die onze gemeente loopt. Twee keer per jaar, volgende de begrotingscyclus, worden deze gemeentebreed geïnventariseerd.
Naast het weerstandsvermogen herkent het BBV kengetallen om de financiële positie van de gemeente te duiden. Gemeente Utrecht hanteert uitsluitend de door de BBV verplichte kengetallen op het gebied van financiële weerbaarheid en wendbaarheid. Aan deze kengetallen worden door de provincie Utrecht, in het kader van het financieel toezicht, signaleringswaardes toegekend. Zie hiervoor hoofdstuk kengetallen .